De gids praat over de wereldtentoonstelling van 1958. Ik gaap. Lekker belangrijk wat er in de vorige eeuw gebeurd is. Zodra de grote mensen niet kijken, neem ik een roltrap omhoog door een tunnelbuis met gekleurde lichten.
Een half uur later staan mijn ouders me boos en bezorgd aan te kijken.
‘We proberen je iets van cultuur mee te geven,’ zegt pappa.
‘Ik vind het Atomium gaaf,’ probeer ik.
‘Maar je hebt er niks van geleerd.’
‘Jawel, hoor. Het is in 1958 gebouwd,’ herinner ik me. Wat heb ik verder ontdekt? ‘Je kunt in vijf bollen. Vier roltrappen, één lift,’ som ik op.
Ik zie hun gezichten voorzichtig ontdooien.
‘Helaas geen glijbaan. Zullen we vragen of ze die kunnen maken?’
Wie heeft er gelijk? Jij of je vader? Gebouwd in 1957 en geopend in 1958. Grt.
Gewoon de lekkere logica van een kind. Hoewel ik de ouders ook begrijp.
Leuk stukje, Inge.
Ik krijg het vakantiegevoel van deze 120w!
Kinderlogica inderdaad en misschien ook wel het bewijs, dat kinderen datgene opnemen waar zij aan toe zijn.
Inge. De visie van een kind. Aardig stukje. Alleen vraag ik me af hoe oud het kind is: ze weet wanneer het is gebouwd, kent details, maar heeft het later over een glijbaan. Dat wringt voor mijn gevoel.
@Luc Ik denk niet dat de ik-figuur zo goed geluisterd had
@Levja Dank je!
@Alice Wat leuk, dat ik een vakantiegevoel heb opgeroepen.
@Han Redelijk jong denk ik. Dat bouwjaar had hij/zij onthouden van de gids. Verder is dingen tellen van alle leeftijden lijkt mij.
Dank allen!
Inge. Dan nog, ‘Er zijn vijf bollen bereikbaar…’ zegt een jong kind dat? En dan even later over een glijbaan praten. Dat bedoel ik.
Oja, daar heb je wel gelijk in. Ik heb dat zinnetje veranderd in ‘je kunt in vijf bollen’. Dank je.
Inge, geen dank.