‘Neen, nicht Alida, je weet het niet zeker. Weet zo’n rechter dat dan wel?’
‘Dat weet je niet.’
‘Wat je wel weet, is dat snotneuzen een wielrenner uit zijn broodnodige slaap hielden. Nou, van mij had dat uitvaagsel een chasse patate gekregen. Dat kan ik je wel zeggen. Het is de down-underwereld op zijn kop!’
‘Je wordt net zo kwaad als toen in ons vakantiehuisje, Vreeswijk.’
‘Wie gaat er nu midden in de nacht op zijn blokfluit spelen…?’
‘Ik kon niet slapen. En ik speelde zachtjes.’
‘Op een blokfluit kun je niet zachtjes spelen, Alida.’
‘Maar daarom hoefde je die fluit toch nog niet ergens bij mij down-under te stoppen? Als je mijn neef niet was, had ik aangifte gedaan.’
Natuurlijk is het gedrag van de wielrenner kwalijk, maar zeer begrijpelijk. Ik denk dat het management meer zorgvuldig had moeten zijn in de keuze van het verblijf, wellicht worden die geleid door andere belangen en/of voorschriften die ze moeten volgen. Grt
Die Vreeswijk toch!
Alice, zoals altijd heeft hij ook wel een beetje gelijk.