Het is een gewetensvraag die ze zich stelt: waarom ben ik niet blij en moet ik dat wel zijn? Anders dan de vanzelfsprekendheid dat ze van haar houdt. Natuurlijk houdt ze van haar kind. Beschermend veel.
Een bevlieging voor de korte termijn; je kunt jezelf uit hoop veel wijsmaken.
Een bruiloft met alles erop en eraan. Trouwfoto’s van haar dochter en schoondochter zitten nu al in haar geheugen. Haar schoondochter zegt haar niets en daardoor niet veel. Geldt dat ook voor een schoonzoon? – een kwelvraag waar nooit een antwoord op zal komen.
Ze abstraheert haar eigen toekomstvisie tot ‘als zij maar gelukkig wordt’. Dan is ze weer terug bij datgene waarmee het allemaal begon: moeder zijn. Ook op haar bruiloft.
@Han. Mooi stukje.
Met deze zin heb ik wat moeite:’Haar schoondochter zegt haar niets en daardoor niet veel.’
Niets is immers niets en niet veel is toch wel iets.
@Ewald. Mooie zin jouw commentaar. De zin van mij klopt niet taalkundig: zeggen heeft hier twee betekenissen. Vergelijkbaar met ‘hier zet men thee en over’. Ik bedoel hiermee dat de verstandhouding tussen moeder en schoondochter niet goed is. Daarom vind ik het juist aardig om het zo te schrijven.
@Han. Oké, duidelijk. Dank je.