Ik wilde op een verse boterham heerlijke haring in tomatensaus eten.
Koortsachtig maak ik het blik open.
Tenminste dat trachtte ik.
Je kent het wel.
Je hebt van die blikken die je open maakt met een sleutel of lipje.
Die blikken zijn klein en onhandig.
Vierde poging ā¦ā¦ krak, ja hoor hij breekt.
“AAAAAAH”.
“Lukt het niet?” vraagt manlief.
“NEE” roep ik nijdig.
“Waar is de blikopener?” vraag ik al zoekend.
“Gewoon op de plek waar hij altijd ligt”.
Hij lag dus weer ergens anders.
Maar hem daar mee openen gaat ook niet zo fijn.
Als het blikje dan eigenlijk open is, geniet ik heerlijk van mijn boterham.
En ben ik mijn ergernis alweer vergeten.
Gretig hap ik ā¦ā¦ mjammie.
Ha, ha @Nell
In mijn omgeving hoor ik dan altijd, dat ik zulke dingen met beleid dien te doen.
@nell Hoe herkenbaar.
eerste zin klinkt niet correct: ik wilde op een boterham. ..
dat is alsof JIJ erop wil en dan haring eten
haha ja het is hoe je het bekijkt jelle.
Ik wou eerst ook zoiets schrijven. Maar dan met de blik tomatensoep.