‘Tondel is licht ontvlambaar materiaal.’
‘Steek nu maar aan.’
We zitten in het bos en leven van wat de natuur ons biedt. Ik heb maar weinig meegenomen. Sowieso mijn tondeldoos.
‘Een familiestuk. Schijnt al eeuwen in ons bezit te zijn.’
‘Ja, de fik erin!’
Mijn reisgenoot kijkt schichtig om zich heen. Heb ik weer, tijdens een survivaltocht gegijzelde van een ontsnapte gevangene worden.
Ik sla de metalen ring tegen de vuursteen. Bij de eerste vonk verschijnt een hond met ogen als theekopjes. Snel sla ik nogmaals. Een andere hond voegt zich bij ons met ogen als molenstenen. Bij de derde slag zie ik een hond met ogen als de Ronde Toren.
Terwijl het kampvuur oplaait zie ik mijn probleem verdwijnen.
Deze keer een echte hersenkraker. Voordat ik een hartje geef, wil ik die eerst oplossen.
@hay voor een deel zit het ‘m in de titel. Zeg maar een soort Spazieren.
voor Christian.
@Hadeke, Leuk, hoe je met een paar ingrediënten uit “De Tondeldoos” van Hans Christiaan Andersen een raadselachtig 120w-verhaal weet te maken.
Opmerking:
– Ik heb weinig meegenomen, waaronder een tondeldoos.
Dat lijkt geen goede zin te zijn. “Onder de weinige dingen die ik heb meegenomen, bevindt zich een tondeldoos” zou beter zijn. Moet je nog wel iets met woorden schuiven.
@Hadeke, een mooi sprookje in een ander jasje, leuk.
Eigenlijk begrijp ik ‘m niet zo goed. Ik ken het originele sprookje ook niet.
Waar komen die honden vandaan, en waarom zijn de problemen dan verdwenen? En wat was het probleem eigenlijk?
Deze gaat mijn pet een beetje te boven
@inge Wat aanpassingen doorgevoerd om jou tegemoet te komen. En natuurlijk het sprookje zelf lezen.
@ineke Ik geb lang nagedacht over de zin ik vond hem ook niet lopen, maar kon er logischerwijs niets tegen inbrengen. Heb hem toch aangepast. Nog steeds niet de meest fraaie constructie.
@Hadeke Zonder survivaltocht sprak het verhaal mij meer aan. Het had de sfeer van een sprookje. Zo ervaar ik het nu niet.