Met zijn vuile handen veegt hij een straaltje bloed van zijn baard. Het is hem gelukt om een rat te vangen, uitgehongerd zet hij er zijn tanden in, een extraatje bij het smaakloze aftreksel dat “soep” genoemd wordt en het half beschimmeld brood dat hij gekregen heeft.
Hij staart naar de inkervingen op de muur, op een paar kwijtgeraakte dagen na, toen hij lag te ijlen, is de wand bijna volgekrast.
“Laat me eruit!” schreeuwt hij, maar niemand bekommert zich om deze onvoorspelbare “fou”.
Buiten de gevangenismuren staat een woedende mensenmassa. Er weerklinken schoten. De opgehitste meute stormt de gevangenis binnen om het verborgen buskruit te bemachtigen.
Een rammelende sleutelbos, zijn celdeur gaat open, voor hem staat een halfnaakte vrouw.
@Tiny, mooi beschreven; zit goed in elkaar.
@Willem. Dankjewel.
Boeiend, Tiny. Het is hem gelukt om een rat te vangen, uitgehongerd verscheurt hij ze met zijn tanden … Ik snap ze niet helemaal. Is dat niet voor meervoud, terwijl je een rat noemt. Ik weet niet niet of de rat mannelijk of vrouwelijk is. Misschien is deze dan een oplossing?
Bij “fou” tussen aanhalingstekens heb ik ook zo mijn vraagtekens.
@levja. Dank voor je reactie. Ik heb een aanpassing gedaan.
Betreffende de aanhalingstekens twijfel ik ook moet ik zeggen. Ik probeer het uit te zoeken.
@Tiny, Er blijkt toch iemand interesse te hebben in baardmans. Grt.
@Luc. Er zaten blijkbaar maar 7 gevangenen in de Bastille toen die ingenomen werd, dus laat ik Marianne (de knappe vrouw met vlag op het sprekende schilderij van Eugene Delacroix) de deur openen.
@Tiny. Mooi schilderij, zonder meer. Een vlag dragen is echter wel wat anders dan een meute leiden. Zelf heb ik trouwens niets aan de muur van de beste man, maar dat terzijde. Grt.