Ik hoor de trommelaars en zie de stoet voorbijgaan. Ik ga erachteraan op mijn driewieler. De mensen lopen de spoorlijn over, weg uit mijn buurtje. Ik blijf meerijden en kom in straten met huizen die ik niet ken. De namen van de straten kan ik nog niet lezen. Plotseling stoppen ze en gaan een huis binnen. Het geluid verstomt.
Daar sta ik. Ik moet weer naar huis en weet niet precies hoe. Ik ga op mijn gevoel af. Ineens zie ik de spoorbomen weer. Ik voel de opluchting. Ik red me wel.
Mijn moeder komt aanfietsen.
‘Je mag nooit alleen het spoor over, dat weet je toch.’
‘Ik reed alleen maar achter de muziek aan, ik ben toch al vijf.’
@José. Wat leuk!
er achteraan – erachteraan
Hoi José, wat een leuke jeugdherinnering! Dat doet muziek met mensen, ook de kleine.
Dank Han en Ton, Han ook voor je opmerking, muziek kan verslavend werken.
@Jose. Moest gelijk aan de rattenvanger van Hamelen denken. Gaaf!
@José: ik zie het helemaal voor me, en voel ook met je moeder’s ongerustheid mee!
@Lisette, natuurlijk was mijn moeder ongerust, terwijl ik dacht ik red me wel
Mooi stukje. In tegenwoordige tijd komt het sterker over.
dank Mien, ik denk dat je gelijk hebt, heb het in de tegenwoordige tijd gezet, ook al is het al weer 65 jaar geleden
Veel beter. Nu heeft de jeugd er ook nog iets aan. H2B-fähig zogezegd. ?
@José. Prachtig en zó herkenbaar. Herkenbaar vanuit het kleine mannetje, hetkenbaar vanuit de moeder en hilarisch herkenbaar vanuit zo’n muziekkorps; zó bezig met muziekkorps zijn dat niemand het kleine ventje alleen ziet achterblijven.
Beeldend
dank voor jullie reacties