De echtgenoot schrikt op als hij de slaapkamer binnenstapt. Hier begint het, want daar staat ze. Zijn echtgenote. Naakt. Verstrengeld met een vreemde man. Ze maken lawaai, zij kreunt en de vreemde man streelt haar gezicht. De plafondlamp beweegt mee met hun bewegingen.
De echtgenoot aanschouwt een paar seconden het tafereel. Dan draait hij zich om. Geruisloos loopt hij weg, zijn ogen giftig van woede. Naar buiten gaat hij, hun villa uit en de tuin in.
Bij het zwembad komt hij tot stilstand. Hij wrikt aan zijn trouwring. En gooit hem in het helblauwe water. Dan loopt hij met ferme pas het tuinhek door, het huis achterlatend. Zijn trouwring valt neer op de bodem van het zwembad. Hier eindigt het.
Slotzin is geniaal.
Je schrijft dat zijn ogen giftig van woede zijn, maar zijn algemene reactie lijkt me eerder gelaten, tenzij er nog een wraakactie of zo volgt na het einde. Dus dat vind ik wat tegenstrijdig. Verder een goed stukje.
Ingehouden woede manifesteert zich in geamputeerde ring. Mooi! Je schrijfstijl is zakelijk helder. Dat geeft de emotie onderhuidse lading. I like it.