Ooit speelde ik tuba in onze dorpsharmonie. Om de paar jaar gingen we op concours. Nu kijk ik daar ietwat meewarig op terug, maar ik weet nog goed dat de spanning om te snijden was. Ons doel? Promoveren en zo al onze buurdorpen de loef afsteken!
De repetities die aan zo’n concours voorafgingen, konden behoorlijk uitputtend zijn, soms zelfs gevaarlijk. Ik zal nooit vergeten hoe we ooit vol vuur achter gesloten gordijnen op het podium oefenden. Midden in de finale van een stuk schrokken wij op door een donderend geraas vanuit de achterhoede. Toen ik omkeek, zag ik nog eventjes het gordijn bewegen. Onze bassist was verdwenen, met stoel en al.
Beneden, in de lege zaal, hoorden we luid gekreun…
Ach, officieel waren we geen harmonie, maar een ‘gewone’ fanfare. Afgezien van die kleine aanpassing kan ik zweren dat het zich exact zo afspeelde.
Ter geruststelling. De arme man kwam er met wat blauwe plekken vanaf.
Heerlijk knullig ‘intermezzo’ van jullie bassist.
Groet + hartje, Rolf van der Leest
Geinig stukje, met een hoog ‘Fanfare’-gehalte.
Met vriendelijke groet +hartje,
Chris
Leuk stukje, beeldend beschreven.
Oh oh! En was zijn instrument ook beschadigd?
Het hoort niet in een harmonie en zeker niet in een fanfare, maar laat het een contrabas zijn. En dat dat levensgrote instrument achter de gordijnen valt met zijn bespeler. Voor het verhaal dan.
@Hay, met plezier gelezen.
Ik zit alleen even met “schrikten wij op”.
Is het niet schrokken wij op of werden wij opgeschrikt?
Of kan het allebei?
@Nel
Volgens Van Dale kan het allebei, maar bij een onovergankelijk werkwoord is ‘schrokken op’ gebruikelijker. Voor de duidelijkheid pas ik het dus aan.
@Lousjekoesje
Nee, een contrabas hoort bij fanfare noch harmonie, want het is een strijkinstrument en geen blaasinstrument. Dat kan dus niet.
Dank jullie!
Hay, wat een leuk verhaal. Zes pootjes in de lucht.