Hij was verdwaald. Iets anders kon hij niet bedenken. Hij was op een gruwelijke manier verdwaald en hij kon niemand de weg vragen. Niet meer althans. In het begin probeerde hij dat nog wel maar de merkwaardige blikken die hem dan toegeworpen werden deden hem verschrompelen. ‘Ik moet op eigen kracht de weg vinden’, sprak hij zichzelf bemoedigend toe. ‘Het lukt heus wel’.
Hoe hij ook zocht, het lukte niet. Pad na pad, steegje na steegje, weggetje na weggetje bewandelde hij om telkens op hetzelfde punt uit te komen. ‘Ik draai verdomme in een kringetje rond’, realiseerde hij zich, wanhopig.
Toen ze hem vonden had hij een tevreden glimlach om zijn blauwe lippen. Het was eindelijk stil in zijn bovenkamer.
Mooi door de triestheid.
Ja, wat Levja zegt.
Niks aan toe te voegen, behalve een <3je
Letterlijk en figuurlijk dwalen