Glad, wit, ijskoud aan zijn verhitte rug als hij achterover gedrukt wordt op de lange marmeren tafel. Het lijkt wel alsof het zweet van zijn verlangen even sist alvorens hij het vergeet bij de blik van haar ogen. Tergend traag komt ze dichterbij, tussen haar borsten stromen blinkend de druppeltjes alvorens ze geluidloos op zijn borst uiteenspatten. Haar handen trekken argeloze lijnen over zijn huid en met brandende vingertoppen streelt ze zijn heup. Hun lippen zijn slechts millimeters van elkaar verwijderd, de elektriciteit knettert letterlijk tussen hen. Hij duizelt al weg bij de gedachte aan de zoute smaak van haar zoen, de opwinding die hem zal overmeesteren.
Maar dan, een zacht geklop en de deur zwaait open:’Mama, waar ben je?’
Oohhhh, waarom nu?
Maar, zij (hij?) klopte tenminste nog aan.
Lekker en leuk en lastig.
@Benny, mooi beschreven. Deze zin; Het lijkt wel alsof het zweet van zijn verlangen even sist alvorens hij het vergeet bij de blik van haar ogen. is voor mij ietwat rommelig, kan volgens mij mooier.
Het ligt aan het woord ´alvorens´. Dat haalt de spanning eruit en dan staat het er ook 2 keer. Wat zou je hiervan vinden: in plaats van ´alvorens hij vergeet…´ ´maar hij vergeet het?
Ik ben het met Desiree eens. Je schrijft heel beeldend, maar raakt af en toe in je zinnen verstrikt.
Verder fraai beschreven. Maar waarom op zo’n koude en keiharde marmeren tafel? Dat lijkt me een vorm van zelfkastijding.