De muziek klinkt traag en de zang is zwoel. Ik druk haar stevig tegen me aan.
‘Je ruikt heerlijk.’
Zachtjes kruipen haar lippen langs mijn wang naar mijn oor.
‘Zullen we morgen gaan schaatsen?’ fluistert ze.
Voor iemand die verliefd wordt klinkt elke zin romantisch. Ik zie het helemaal voor me: zwierend over het ijs. Wij hebben elkaar te weinig gezien.
‘Dan neem ik mijn vriend mee.’
Het lied stopt en het licht gaat aan, verschrikt stap ik naar achter. Ik herstel me vliegensvlug.
‘Je vriend? Ja leuk.’
‘Dat wist je toch? Jij bent zo vertrouwd, daarom durfde ik met je te dansen.’
‘Ja hoor, natuurlijk.’
Ontdaan ga ik naar huis. Voordat ik ga slapen scherp ik mijn schaatsen. Messcherp.
mooi!
@Hadeke Je weet het weer voor elkaar te krijgen: de(ze) lezer op het verkeerde (schaats)been zetten.
Grappig en ik wacht af wat er met die messcherpe ijzers gaat gebeuren!