Het was fris, die augustusmorgen in Warschau. De kinderen liepen netjes twee-aan-twee naar de trein die ze naar hun bestemming zou brengen. Ze waren gekleed in wollen jasjes, schoon en keurig verzorgd, en ieder had een knapzak.
“Op de order staat: honderdvierenveertig kinderen. Jij zegt dat we er honderddrieënveertig hebben en een volwassen man? Wie is dat?”
“De directeur van het weeshuis,” zei ik. “Hij wil niet van zijn kinderen scheiden.”
Op dat moment begonnen de kinderen te zingen:
Wit en bruin en zwart en geel
Meng de kleuren gewoon dooreen
Mensen zijn nog steeds broers en zussen
Uit Ă©Ă©n vader en Ă©Ă©n moeder zijn we Ă©Ă©n!
“Tel die man maar als nummer honderdvierenveertig. Snel nu, we zijn al laat.”
Heftig!
Die directeur heeft echt bestaan: Janusz Korczak.
Intriest. Hierdoor zullen 144 mensen geen jeugdherinneringen hebben, ben ik bang.
Wat een moedig mens en wat heb je deze trieste gebeurtenis mooi verwoord.
Excuses, ik was blijkbaar niet ingelogd, ik blijf liever niet anoniem
Dank je, Irma. Ja, Korczak is een voorbeeld voor velen.
IJzingwekkend, dus een Ik zou alleen zelf geen cijfers gebruiken, dat leidt mij enorm af. Ik geef de voorkeur aan uitgeschreven. Volgens mij gebruik je alleen cijfers in beleidsmatige stukken of historische boeken waar je veel gegevens in opneemt.
Mooi!
@Levja Kind nummer 144 vertelt…
@Geertje – je hebt gelijk, tenzij het een groot getal is, zeker als het gesproken wordt. HonderddrieĂ«nveertig vond ik zelf wat lastig lezen. Ik zal het veranderen. Dank!
Lousje – nee, het 144e kind kan niet weten wat die twee tegen elkaar zeggen. Het vertelpersonage is de ondergeschikte SS-er.
@Leonardo Ik keek net even. Weinig tijd, omdat ik in de avonduren werk aan een familiegeschiedenis. En wat zag ik? Je hebt het veranderd. Stukken beter zo! Nu kan ik rustig gaan slapen straks, alhoewel… dit verhaal moet niet door mijn hoofd gaan spoken.
ja, doet me denken aan Schindlers list en het Warschause getto.
Bijzonder indringend
Bedankt, Geertje, José, Dana.
Kort en krachtig.