Hij zag haar in de disco en was meteen geil. Halfzat van talloze bieren en shots drong haar dierlijke aantrekkingskracht langzaam door tot zijn benevelde brein. Rode, wilde haren, duizelingwekkend decolleté en een spottend, provocerend lachje. Stralend middelpunt van een aantal adepten.
Zij zag hem en voelde impulsief dat hij de komende nacht van haar was. Een relikwie uit het hippietijdperk: vale spijkerbroek, lange haren en een veelkleurige kralenkettinkje.
Beiden verdwaalde toeristen in de nacht, op zoek naar vermaak, vertier en lust zonder wederzijdse verplichtingen en gedoe.
Zij wenkte met haar wijsvinger. Verheugd volgde hij haar non-verbale vingerwijzing. Even later dansten ze gewenst intiem op Je t’aime moi non plus.
Ze belandden in zijn shelter. Hij kwam klaar. Zij niet.
Leuk stuk, maar zoals vaker op 120w het geval is, is het in de verleden tijd geschreven. Dat houdt lezers meer op afstand. Omdat het zo passief is. Een stuk dat in de tegenwoordige tijd is geschreven heeft veel meer actie in zich en trekt lezers mee het verhaal in.
Ik heb mijn twijfels bij dierlijke en beneveld. Ik zou dierlijke en beneveld schrijven.
http://www.onzetaal.nl/taaladv.....ene-regels
Ik schrijf fictie nooit in de tt. Weet niet goed waarom.
De dierlijke aantrekkingskracht: akkoord. Edit.
Het beneveld brein: niet akkoord. Naar analogie: Het puberende brein.
Dank voor reactie.
Er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen op die taalregels.
Zet voor de aardigheid dit stuk maar eens in de tt. Ik heb het gedaan en het leest zoveel leuker! Alsof ik er zelf bij ben.
Gedaan en ik merk onmiddellijk op, dat als ik schrijf vanuit de ik-perspectief wel de tt gebruik, maar vanuit de vertellersperspectief automatisch gebruik maak van de vt.
Bij mijn eigen stukken heb ik dat ook gemerkt. Als ik-figuur in je eigen verhaal zit je ook meer in het verhaal. In het andere geval ben je ook als schrijver meer een toeschouwer. Waar mijn stukken in de vt staan, zou ik nu ook zeggen: schrijf ze toch in de tt.
En het maakt niet uit of het of fictie of non-fictie gaat.
Ik ben er ook tamelijk wars van een ik-figuur te gebruiken.
In columns en andere non-fictie gebruik ik wel de tt.
Eens met Ineke. Probeer het eens, Bob!
Ook een ik-figuur kan helpen om lezers een verhaal in te trekken. Veel schrijvers zien daar echter vanaf omdat ze dan denken dat het als iets autobiografisch gezien wordt.
Ik zou graag eens een column en/of andere non-fictie van je lezen, @Bob
Helaas Ineke. Mijn naam is mij heilig.
Wel heb ik op mijn niet meer in gebruik zijnde Hyves-site nog zo’n twintig stukjes staan, waaronder ook vast wel non-fictie.
Zie: http://bobdevisser.hyves.nl/
Dank voor jouw aandacht.
Ik heb er een aantal gelezen. Je 120w-stukken vind ik leuker.
Is er een reden waarom jij bij je laatste stuk te 120w de reactiemogelijkheid hebt uitgezet?
Nee klopt niet. Zou ik nooit doen. Deze site stoort vaak.
120 stukjes leuker? Vreemd, daar besteed ik weinig tijd en moeite aan.
Ik heb niet al die stukken gelezen, zal er vast nog eens terugkeren.
Kennelijk een stoornis van 120w want er verschijnen alleen nog maar stukken zonder reactiemogelijkheid.
En sindsdien is hier weinig te beleven.
Zul je altijd zien dat er zoiets om onbegrijpelijke reden fout gaat als ik eens 3 daagjes in Frankrijk zit zonder internet
Enfin, opgelost!
@Bob de Visser, zo vaak ook weer niet. Maar als we storen doen we het meteen goed en op de meest onhandige momenten en manieren
Murphy is een schoft.
Ik ben verstoord noch gepikeerd.
Een schavuit, onze Murphy.
Gelukkig maar