Op de braderie in Winterwijk was een oude ambachten markt. Een wat alternatief geklede pottenbakster compleet met zomerhoed, vormde sierlijke kandelaars van de klei op de draaischijf. Een groep verveelde jongens stond geintjes te maken over het handwerk. Na het commentaar een poosje te hebben aangehoord daagde zij een van de jongens uit om het zelf eens te proberen. “Makkie”, bralde deze, ging zitten en liet het plateau met de klei snel ronddraaien. Maar hoe hij probeerde, de klei bleef een hobbelige brok. De andere jongens lachten hem uit. Geïrriteerd stond hij op en sloeg met zijn vuist op de homp. De pottenbakster ging weer zitten, gaf hem de kleibrok zei: “Makkie hé, zo’n waxinelichthoudertje!”
Op de basisschool deden we vroeger iets soortgelijks voor vader- en moederdag. Dan pakten de leraren wat hompen klei uit het magazijn en kregen we allemaal een flinke brok met de opdracht er iets moois van te maken. Dat kwam er dan bijna altijd op neer dat we een keer goed in het midden stompten met onze kleine vuisten en vervolgens een keer of wat met een vinger in de opstaande rand drukten. En in de oven. Dat de meeste ouders niet rookten deed er eigenlijk niet toe. Zo’n door hun eigen kind gemaakte asbak deed menig ouder overstromen van emotie. En de ouders die wél rookten lieten vaak nog een extra traan (want de as kwam in hun oog).
Jeetje, dat mijn stukje zoveel emoties oproept Frank, gaat het weer een beetje?
Klinkt bekend Frank, zelf nooit gedaan volgens mij, maar in de 2e show van Acda & De Munnik’s trilogie kom dat ook aan de orde
Verder een kleine kanttekening, oudeambachtenmarkt is 1 woord, tenzij de markt zelf erg oud is, dan is het een oude ambachtenmarkt
Maar ik ben dan ook een eersteklas mierenneuker!
Hihi..