‘Chrisje, Chrisje, mijn lieve Chrisje. Zeg iets. Zeg iets. Ik ben op je gevallen. Nu voor de tweede keer. Figuurlijk en letterlijk. Waarom beweeg je niet? O, lieve Chrisje. Alsjeblieft, alsjeblieft, geef antwoord. Ik, ik… ik…’
Mams heeft de aanmoedigingen van haar dochter aangehoord. Maar wie is toch die Smiecht? Haar meissie ie toch niet in gevaar? Ze moet nu
zelf verder zoeken. De broodkruimels en het sesamzaad zijn niet langer wegwijzer. Het spoor is opgehouden. Wat is dat voor noodkreet? Door de struiken heen ziet ze de bosvijver liggen. Aan de oever ligt iets roods. Mams herkent onmiddellijk de rode jas van haar Chrisje en rent keihard naar de bosvijver. Smiecht, onraad ruikend, heeft zich in de bosjes teruggetrokken.
Recente reacties