Sylvain belt me ’s avonds tijdens mijn fietstocht langs de Waal: ‘Marie, ik kom morgen niet. Mijn vader is plots overleden op San Miguel, de Azoren. Ik heb een vlucht geboekt morgenmiddag. Het lijkt een enorm hartinfarct geweest te zijn, denken ze daar.’
‘Wat zeg je nu, Sylvain. Natuurlijk ga daar zo snel mogelijk heen. Wat een toestand. Gecondoleerd natuurlijk. Kan ik van hieruit nog wat voor jullie doen?’
‘Dank je. Nee, ik weet ook nog niet veel, maar ga wel zo snel mogelijk naar mijn moeder. Van daaruit moet hij gerepatrieerd worden naar Nederland. Hij zal gebalsemd worden, komt als mummie terug! Dat schijnt daar zo te gaan.’
‘Nog nooit zoiets gehoord! Je werk ga ik regelen, veel sterkte!’
triest als dat zo gaat of heeft hij dan het eeuwige leven?