Met fiets en al in het vliegtuig naar Havana. Ooit zou ik Castro’s land bezoeken. Hopla! Langs de oogscan van douane, kartonnen hoes verwijderen van het frame, stuur recht, pedalen aan het crankstel, bandjes hard en Ortliebs aan weerskanten van je bagagedrager. Trappen maar! In Havanna nemen we de nachtbus oostwaarts naar Santiago de Cuba. We fietsen met het Caribische windje mee in een maand terug. Overnachten in Casa Particulares. Ik rij op een tweedehands mountainbike met gecapitonneerd ossenkopstuur. In een euforische bui plaats ik het spuitstuk van een tuingieter op het uiteinde van mijn stuur. Cuba is een hedendaags openluchtmuseum. Palmen groeien door daken van postkoloniale panden. Niemand kijkt vreemd op wanneer je door een sproeikop met Thuis communiceert.
Mooi avontuurlijk beschreven. Zie het voor me, behalve dat gieterstuk op het stuur. En ik snap hoe je daardoor kunt communiceren…?