‘Vandaag wil ik het niet meer over gevoelens hebben.’
‘En het is nog wel Kerstmis, daar moet je toch een gevoel bij hebben?’
‘Ja, dat klopt. Alleen dat fijne gevoel ontbreekt. Voor mij zijn het zwarte dagen. Dagen vol eenzaamheid en smart en absoluut geen lichtjesfeest.’
‘Hoe komt dat?’
‘Nou dat weet ik niet meer. Zoiets is gegroeid.’
‘Dat lijkt me niet leuk voor je. Iedereen voelt zich gelukkig en jij niet.’
‘Wie zegt dat ik niet gelukkig ben?’
‘Jij, want je hebt het over zwarte dagen.’
‘Ja, Kerstdagen. Die vier ik dus niet en daarom zit ik nu wel lekker in mijn vel.’
‘Nou, jij bent me een rare piemel.’
‘Dit komt aan als een trap in de onderbuik.’
Herkenbaar geschreven.
Dank je Mathilde
waarom zou het raar zijn als je niet zo van kerstmis houdt?