Verdwaasd staar ik naar de spiegel aan de slaapkamermuur
ik ben gewend geraakt
aan zijn zwarte vlekken
de barst die loopt
van linksonder tot ergens rechts van het midden
Aan de zijkant zijn er
al tijden breukjes te zien
Maar ik ken het
elke inperfectie
want elke dag
kijk ik in de spiegel
Naast de barst tel ik mijn rimpels
tussen de zwarte vlekken
zie ik mn ogen dichtzakken
Maar vanochtend zie ik
in mijn oude trouwe spiegel
een nieuw gezicht
vervangen
verwijst terug naar breukjes dan schrijf je “Maar ik ken ze”
_ Imperfectie schrijft men met een m
_ mn > schrijf mijn of m’n