De zon straalt prachtig,
Koud is deze winterdag,
Ik loop in de kou.
De daken zijn wit,
Schaatsen verlangen naar ijs,
De zon smelt het.
De winter is laat,
De lente is in aantocht,
Maar het is nog koud.
Met mijn dikke jas,
Gewapend tegen de kou,
Rillend in mijn sjaal.
De beren slapen,
Ijskristallen op het raam,
Waar blijft de lente?
De zon straalt prachtig,
Koud is deze winterdag,
Met een brede lach.