Uit talloze poriën druppelt mijn zweet langs mijn voorhoofd en ik kijk hijgend diep in je prachtige ogen. Ergens in deze warmte van de afgelopen zomer heb ik ze gevonden. Die ene blik, dat ene moment van een tel, was er die bevlieging en berusting om godbetert iets te doen wat ik van mijn leven nog niet had gedaan. Alles ging aan de kant en iedereen stond in de weg. Elke cel in mijn lijf, doordringt van zijn, doordrongen van zoveel. Het mocht niet baten. Ik kon het toch alleen maar verkloten. Het was te mooi. Te snel. Als een oververhit vat met olie brandde ik alles er doorheen zonder een keer om te kijken. Nu zitten mijn poriën dicht.
Recente reacties