Op die plekken waar land in de zee verdwijnt,
Brakke grond dicteert aan lucht; Zij zilt.
In de luwte daar, waar zij verschijnt
Zichzelf richtend in bloei, opgeofferd, ongewild.
Daar vond ik haar en dacht ik haar te kunnen laten bloeien.
Na, welgeteld, drie blaadjes gepeld, viel het knopje uit elkaar.
Zodat zij niet mij, ik haar en wij elkaar, tot mens uit te lieten groeien
Nu sneed ik in mijn eigen vingers vanwege mijn botte snoeischaar.
Tegen beter weten in, dacht ik dat het was gelukt
Ik had een andere weg in moeten slaan.
Ik heb haar daarom blind geplukt
onmogelijk geacht te laten staan,
heb ik haar uit de grond gerukt
Nu wens ik je in bloei.
Sebastiaan
Prachtig!
Dat wil in de regel(s) wel lukken als het maar pijn genoeg deed..