‘Ze vonden je best aardig,’ zegt ze.
Hij kon het als nieuweling in de familie wel aan. Ergens op een hoge stoel. De ooms en tantes bekeken hem vanuit hun luie stoel en vroegen hem het hemd van het lijf.
‘Ga maar niet een discussie aan met oom Frans, en zeker niet over politiek.’ Maar wie was oom Frans?
Na een lauw biertje vroeg een onverzorgd iemand waarom zijn haar zo lang was. En of hij op dezelfde partij had gestemd als hij had gedaan.
Hij kon het aan.
‘Seks voor het huwelijk is zondig.’
Hij kon het hebben.
‘Mijn ouders vragen of we zondag naar de camping komen.’
Hij kan het niet meer aan. Er zijn nu eenmaal grenzen.
Schoonfamilie, tja…… Je kiest ze niet uit.
Menno, was het maar waar…