Op een dagreis van zijn klooster heft een monnik moedeloos zijn hand op. Hij legt hem tegen zijn voorhoofd aan en houdt hem boven zijn ogen. Zo tuurt hij gespannen in het rond en spitst zijn oren.
Het pad dat door de zee voert, is nauwelijks te onderscheiden van het water. Verdwaald in de mist die plotseling verrees, zoekt hij de juiste richting naar Mont St. Michel.
Het zweet staat op zijn voorhoofd. Als hij niet snel zijn pad weer vindt, zal zijn lot bezegeld zijn. Dan rest hem een zeemansgraf.
Prijs de Heer!
Vanaf de rots komt hem door de dichte mist een snel kloppend geluid ter ore. Het baken naar de veilige burcht en een heerlijke, luchtige omelet.
Leuke herinnering aan een fijne vakantie!
Mooi geschreven. Hij zal wel honger hebben na zo’n reis.
Mooi verhaal met een verrassend slot.
Nais verhaaltje
Leuk stukje. Die dagreis begrijp ik wel niet zoals het er nu staat. Ik geloof niet dat je voor dat pad van de kust naar het klooster een hele dag nodig hebt. Het is slechts een paar kilometer.
Als je er 'op de laatste dagreis naar zijn klooster' van maakt, kan het wel. Dan is dat pad enkel het laatste stukje van die dagreis.
Mooi beschreven hoe de paniek toeslaat als de mist de grens tussen water en pad vervaagt.
@Marjo, een leuke twist aan het einde!