Ik kwam de slaapkamer binnen en zag het meteen: er lag een boom op ons bed.
Mijn vrouw kwam ook kijken.
‘Een boom?’ vroeg ze. Ze kon het nauwelijks geloven.
Ik belde onze huisbaas, die op vakantie was met zijn nieuwe vriendin Anja.
‘Weet u zeker dat het een boom is?’ vroeg de huisbaas met Anja op zijn gelukkige schoot.
‘Maar natuurlijk,’ zei ik, ‘wat lijkt er nu sprekend op een boom? Dat moet een boom zijn.’
‘Ongetwijfeld. Ik zal de tuinman vragen of hij de boom terug zet in de tuin,’ grinnekte hij terwijl Anja haar vinger in zijn mond stopte.
Dat klonk hoopvol.
‘Oe ach, ieieieie, iiik blel lullie zoo teluk,’ giechelde hij toen onduidelijk.
En toen?
Ditiszoleukook.
Heerlijk stukje