In januari maak ik een tekening in mijn moestuinboek. Vier veldjes, met een ongeveer aangehouden schema voor wisselteelt.
In februari strooi ik kalk. Tenminste, als er geen sneeuw ligt. Er staan een paar krokussen te bloeien, naast de boerenkool.
Mestkorrels en eigen compost gaan in maart de grond in. Als eerste raapstelen en spinazie zaaien, de rest komt later.
April doet wat hij wil, ik volg de thermometer en de maan. Het eerste bordje groen, bestaande uit veldsla en zuring met bieslook.
Vanaf mei is er raapstelenstamppot. De zomerplanten mogen elke dag buiten afharden.
De rest van het tuinseizoen bestaat uit schoffelen, oogsten, smikkelen en dankbaar zijn. Soms boos op konijn of mol.
Voldaan ruimen we na de herfst op.
@Berdien. Zo’n tuintje zou ik ook graag willen. Ik beperk me u tot tomaten op het balkon. En bloemen en planten natuurlijk.
Ewald: een hangzak met kruiden aan de muur?
@Berdien. Heel veel muur heb ik niet, voornamelijk kunststof deuren met glas. Wel is het balkon acht meter breed, dus ruimte genoeg voor potten. Het zijmuurtje dient als steun en beschutting voor de tomatenplant, die soms wel drie meter hoog wordt.
Inventaris van het archief der Provincie Utrecht: van den vroegsten tijd tot en met het jaar 1810. Oorspronkelijke charters der Provincie en der vijf kapittelen. I: Van den vroegsten tijd tot en met het jaar 1300, Volume 2