Ik zocht overal, maar ik kon niets vinden. Misschien had ik haar moeten geloven toen ze zei: ‘Ik steek niets onder stoelen of banken.’
Als iemand in een kwaad daglicht wordt gesteld, moet er ook een goed daglicht zijn. Ik had die mensen niet moeten geloven die zeiden dat haar handelwijze haar geen windeieren had gelegd. Dat mensen van het laagste allooi altijd goed wegkomen.
Inderdaad, ik kwam geen windei tegen, hoe goed ik ook zocht: in het heden, verleden. Misschien in de toekomst, maar wie kan daar nu in kijken?
Als er een laag allooi is, dan moet er ergens toch ook een hoog allooi zijn. Of niet?
Van welk allooi zijn die mensen zelf? Met of zonder windeieren.
@Han. Laag en hoog allooi zijn voor hun bestaansrecht afhankelijk van elkaar. Idem dito goed en kwaad daglicht. Om de windeieren te vinden, zul je misschien op zoek naar het tegengestelde moeten gaan.
@Ewald. Exact. In uitdrukkingen wordt vaak maar één kant benoemd. Dat bedoel ik hiermee.