Als de Colombiaan bijkomt ligt hij op zijn buik, zijn handen vast op zijn rug gebonden. Killa buigt zich over hem heen en drukt de demper hard tegen zijn achterhoofd. “Faka brada, ik ga je poppen. Je weet toch waarom?”
“Hoeveel heeft hij je gedokt?” vraagt de Colombiaan.
“Vijftig.”
“Honderd voor jou als je hem pakt. Zo langzaam mogelijk, als je begrijpt wat ik bedoel.”
“Ik voel je mattie, ik voel je, komt goed, je kent me. Waar ligt de doekoe?”
“In de kluis daar onder de bank, code 2*405#. Zeg hem dat ik hem opwacht in de hel.”
Killa haalt de trekker over, pakt zijn mobiel en belt… “Dushi, haal jij de kinderen vanavond? Ik heb nog een klus.”
Recente reacties