Hij was getint en zij was wit en zij bracht hem mee naar haar moeder.
‘Wie is hij?’ vroeg de moeder, ‘een van je volgende exotische vriendjes? En waarom kom je nu met hem om etenstijd?’
‘Mam,’ fluisterde de dochter in haar oor, ‘hij is het, vergeet de anderen, hij komt uit Marokko, ik ben al bij zijn moeder geweest.’
‘En toen?’
‘Schalen met couscous, gestoofde groente, kikkererwten, dampende borden lamsvlees, krokant gebakken kippendijen en baklava die goddelijk van je vingers afdroop.’
‘En toen?’
‘Hij wil met me trouwen, kan je niet even je best doen?’
‘Lieverd, ik heb twee gehaktballen. Die kan ik doormidden snijden. En sperzieboontjes.’
‘Mam, zie je niet hoe Mohammed met zijn bek zit te trekken?’
O jee, dat is wel heel Hollands hè?
Mooi het contrast weergegeven. Ik hoop op een gelukkige toekomst voor de twee verliefden, met gehaktballen en baklava!
Hopelijk gaat de liefde niet door de maag. Leuk geschreven, met plezier gelezen!
Fijne mixschotel. Dat wordt hemels tafelen. ðŸ‘
@Alice, ik besef nu dat ik ingewikkeld was. Er zit spot in het stukje. Van beide kanten. Het ‘venijn’ zit in de slotzin.
@Irma, fijn van je te horen!
@Mien, ik weet het niet, of het zo hemels wordt …
Dank voor jullie reacties.
Een beetje over the top, maar wel leuk.
Mooi weergegeven contrast in eetcultuur!
@Hay, de werkelijkheid ontstijgt de top van fictie om maar weer eens een open deur in te trappen.
@Marceline, het gaat veel verder dan een eetcultuur.
Dank voor jullie reacties!
De slotzin begrijp ik niet helemaal, vrees ik.
@Hekate, hij is het niet met de ontvangst eens.