Al wekenlang telt Tinus Tokio zijn dagen. Een maand hebben ze hem gegeven. Eerst telt hij de dagen op zijn handen. En nu de handen op zijn gaat hij door op een kalender. Afstrepen, dag voor dag. Hij is al bijna toe aan een nieuwe kalender. Binnenkort maar weer eens naar de Chinees.
Het maakt Tinus ook niet meer uit. Hij kan eten wat ie wil. Een maand? Op week dertien zit ie al. Dertien plus een dag. Om zijn zinnen te verzetten, verzint Tinus een nieuwe zingeving. Met zijn ziekte moet dat kunnen. Alle boeken heeft hij er al over gelezen. Het mag niet baten. Het enige wat Tinus rest is poging tot record. In eindeloos de dagen tellen.
Jouw fantasie is onbegrensd, Mien.
Originele invalshoek!
Dank Nel.
Zal Tinus vast blij zijn met het schrikkeljaar
@Mien. Leuk stukje! Op zijn handen zou ik vervangen door ‘op zijn vingers’.
Goede tip Han. Thanks!
Manisch!
Wreed.