“Kreeg je ook de uitnodiging voor de bijeenkomst van de oud-leerlingen, Kristina?”
“Ja, hij zat deze morgen in de bus.”
“Ga je?”
“Ik denk het wel. Er zijn er een paar die ik graag terug wil zien.”
“Als jij gaat, dan ga ik ook. Alleen zou ik het niet zien zitten, antwoordde Marina.
“Ik vraag me af of Sofie nog steeds dezelfde job heeft.”
“Waarom?”
“Ze beweert dat ze kabinetmedewerkster is,” vertelde Kristina.
“Dan heeft ze het ver geschopt. Ze zat toch ver onder de middelmaat?”
“Ik verbaasde me er ook altijd over. Tot ik haar eens in Brussel zag …”
“Hoezo?”
“Weet je dan niet dat ‘kabinet’ een ander woord is voor ‘wc’? Ze is gewoon toiletjuffrouw in een restaurant …”
Leuk Els, blijft raar hoe we altijd functienamen verzinnen die het interessanter laten klinken.
Klopt, Inge en dank je wel