Een jonkvrouwe wonderschoon
en als zij bewoog
ruiste heuren kleurigen zijden kleding.
Heure lange gouden lokken
golfden tot heur taille zo slank
boven die schoon gewelfde heupen.
En wie heure welgevormde boezem
bezag deur heuren speels decolleté
was terstond geheel van slag.
Heur frissen blozende bolle gelaat
dat immer guitigheid en vriendelijkheid toonde
en ieder voor compliment beloonde
trok menig jong edelman aan
den welke met zwiere zijn hand heur bood
maar betaalde het helaas met zijn dood.
Zij weigerde pertinent den één na den ander
den trouw sprak heur in het geheel niet aan
zij liet hen allen henen gaan.
Geen edelman was toen meer over
niemand kwam meer over de vloer
en uiteindelijk trouwde zij ………
een oude boer!