“Hij komt!” De gezusters kijken uit het raam. Ze giechelen nerveus als de prins met zijn koets door de poort komt. Diens faam en doel zijn hem vooruitgesneld.
Hij kijkt twijfelend op. Opnieuw vraagt hij zich af of het geen droom was, een waanbeeld veroorzaakt door te veel drank tijdens het banket en gedurende het bal.
“Kom mee,” fluistert Moeder naar de jongste zus. Ze gaan de trap af, door de keuken naar de schuur. In de keuken pakt Moeder het hakmes af van haar stiefdochter.
De jongste zus huivert.
“Haast je!” roept moeder.
Buiten dragen de lakeien van de prins een fluwelen kussen met daarop een glazen schoentje.
“Ga zitten, zet je vette voeten neer.” Moeder heft het hakmes.
Leuk Jack, het andere perspectief. Een stuk minder sprookjesachtig
…een maatje lager doen zingen ….
griezelig einde!