Voorzichtig begeef ik me door de nauwe gang, het zweet breekt me uit. Met de rug tegen de muur schuifel ik verder. Ik voel dat er naar me gekeken wordt, en ik voel dat ik kijk waar ik niet hoor te kijken.
Er valt een doodse stilte. Ik doe een poging een glimlach op mijn gezicht te toveren maar ik voel dat mijn lippen en onwillige gezichtsspieren slechts een grimas kunnen produceren. Mijn collega schuifelt langs met buik ingehouden en borst vooruit. Ik hoor niet te genieten maar het voelt geweldig als haar rondingen langs me heen schaven.
Twee volle lippen lachen me toe. Ik kijk haar met grote ogen aan.
Ze knipoogt uitdagend en vraagt: “Te hoog Co2 gehalte?“
Recente reacties