Vanmorgen was opruimmorgen, in mijn hoofd en andere keukenkastjes. Ordenen en bewaren, ik heb niet veel onnodige zaken; weggooien doe ik weinig.
Zoet bij zoet, bewaren want soms is het leven verzurend.
Zout, de resten van opgedroogde tranen, altijd handig om de bloeddruk weer op peil te brengen voor als het dagelijks bestaan te flauw wordt.
Pittig, de pepers voor in je kont en voor als het huilen niet wil lukken.
Prikkelende kruiden, een paar zakjes, slecht voor vervormende illusies.
Vanillestokje en nootmuskaat samen met kaneel, in een doosje afrodisiacum met oog op eventuele hiaten in de hartstocht; etiketje erop met ‘voorzichtig’.
Smaakmakers gooi ik weg. Iets waar kraak nog smaak aanzit is nutteloos.
Het ziet er weer goed uit.
Het wordt zeker weer lente…
Mooi, vrouwelijk, poëtisch!
@Frank Yep, tijd voor de grote schoonmaak, van alles
Dit vind ik mooi.
Mooie metaforen.
Lekker gekruid stukje.