Nog nooit had iemand Roelofje op geld aangesproken. ‘En de bijstand?,’ bracht ze uit. Ze dacht aan haar ex. Sieuwert had via een slinkse weg een collega op de Sociale Dienst zover weten te krijgen dat hun dochter een bijstandslening had gekregen voor woninginrichting. Meer dan een roodkoperen stuiver.
Het was het proberen waard. Ze vroeg de papieren van de Sociale Dienst, noteerde wat haar belangrijk leek. Ze vertelde de Hindoestaan dat ze ging bellen, maar zonder garantie. Thuis belde ze Sieuwert direct op zijn werk. Na de eerste wederzijdse irritatie luisterde hij. ‘Bel me over een uur.’ En hij legde op. Een uur later belde hij zelf. ‘Vrijdagmiddag half twee bij de kassa. Zes weken uitkering minus voorschot. Goed?
Een goed netwerk is het halve werk!
Er zit veel vaart in je 120 woorden, mooi.
Broeder Vincentius,
Ook het vervolg is goed.
Geweldig vervolg. Geweldig kordaat type.
Beste Alice,
Bij nood is opschieten het devies.
Bedankt voor reactie,
Chris
Beste VmetdeVonk,
Ik doe het niet vaak, maar als ik er een met een vervolg schrijf, probeer ik beide bijdragen even goed te maken.
Gr.
Chris
En het vervolg mag er zijn.
Mooie titel ook.
Beste Nel,
Bedankt voor je reactie. De titel heb ik van een uitspraak van een klant, eind zeventiger jaren, toen ik bij de “soos” werkte.
De rest is strikt fictief.
Groet,
Chris