‘Gaan we BBQ-en?’ vraagt mijn dochter van elf.
‘Nou, veel zin heb ik niet. Dan eten we te veel vlees en dat is ongezond,’ beantwoord ik haar vraag. Kennelijk is dat niet duidelijk genoeg.
‘Mam, dan eten we toch kipfilets met heel veel rauwkost?’
Even denken. Kip is geen vlees? Vooruit dan. Vis is ook geen kip, dus die logica volg ik nog. ‘Kind, ook met kip heb ik er echt geen zin in. Nee. Zo veel werk met dit weer. Ik krijg er spontane zweetaanvallen van. Ik kom je halverwege tegemoet. Ik maak erg veel gemengde rauwkost die we binnen gaan opeten.’
‘Mam, ik smeer mezelf goed in, dan voel ik me net een gemarineerde kip in de zon.’
Jacqueline, of dochter nu tevreden is?