Een documentaire op de televisie heeft de volle aandacht van twee paar op elkaar gelijkende jongensogen. ‘We moeten straks één minuut stil zijn hè mam?’ – ‘Neehee gekkie, thuwee. Das voor de gevallen mensen’, zegt broer links met serieus gezicht. ‘Raar hoor, als je valt sta je toch zo weer op?’ zegt broer rechts. Links antwoordt: ‘Jij lijkt op mij, maar met denken niet hoor. Gevallen betekent dood door de oorlog.’ Zwijgend gaat de aandacht weer naar het grote beeldscherm. Even later valt het woord ‘bezetter’. Verheugd kijkt de rechter van beiden om: ‘Ik weet wat het tegenovergestelde is van dat woord.’ – ‘Ja! Ik ook!’ Reageert de identieke stem van de ander. ‘En ik weet wat ik later wil worden! Onderzetter….’
Recente reacties