“Hebbes!” hoorde hij en hij werd aan zijn haren overeind getrokken. “Mijn aardbeien stelen, he?” De jongen sidderde voor de potige man waarvan hij regelmatig de moestuin plunderde, tot dusverre ongemerkt.
“Sorry meneer!” bracht hij bevend uit.
“Niks geen gesorry!” bulderde de man. “Je zult de schade moeten compenseren!” Hij kreeg een sluwe blik in zijn ogen. “Maar je kunt me wel helpen de volgende oogst te verbeteren…”
De jongen was opgelucht. Zou hij ervan afkomen met een middagje in de moestuin werken?
“Wat moet ik doen, meneer?”
De man trok de schep waarop hij leunde uit de grond. “Zie je die composthoop ginds?”
“Ja,” zei de jongen.
“Die mag jij gaan verrijken,” vervolgde de man en zwaaide zijn schep.
Recente reacties