Ik heb een huisje in de storm,
Midden in meren van verdriet,
Ik leef daar zonder reden,
In een klein verwoest gebied.
Mijn leven is een puinhoop,
Vol met afval en heel veel schroot,
Het brand, en het vuur zal niet doven,
Waarna ik zal bezwijken in de rook.
Van een vuur dat heel erg groot is,
Mooie herinneringen verbrand,
Woedt over wouden vol met liefde,
Over met aandacht bezaaid land.
Mooie dingen zijn ver te zoeken,
In mijn leven vol met puin,
Maar ergens is er vast wel iets te vinden,
In een zeer geheime tuin.
Van mijn huisje in de storm,
Wat nooit verwoest zal worden, want,
Ik ben sterk en zal dat blijven,
In mijn platgebrande land.
Recente reacties