De bovenbuurman was op ons balkon gevallen. Mijn vriendin herkende hem meteen.
‘Oh, kijk, de bovenbuurman!’ riep ze.
‘Ahhh, Ai-ai’ hoorden we de buurman kreunen.
‘Waardeloos. Waar-de-loos.’ De buurman schudde zijn hoofd.
‘Heb ik nou onderweg ook nog mijn peuk ingeslikt?’ Hij keek om zich heen, maar er lag nergens een peuk.
‘Gatver-de-gatverdamme,’ baalde hij zonder pardon.
De bel ging, ging nog een keer, ging nog twee keer en ging nog vier keer.
Mijn vriendin deed open. Het was de bovenbuurvrouw.
“Onderbuurvrouw, onderbuurvrouw,” hijgde de bovenbuurvrouw, “is mijn man toevallig op uw balkon?”
“Ja, sinds een minuut,” antwoordde mij vriendin.
De bovenbuurvrouw zag hem.
De bovenbuurman stond voorzichtig op. “Kom schat, laten we lekker naar huis gaan.”
~Grinnik
De Nederlander kennende wilden ze gewoon je inrichting eens zien.
@Frank….;-)