Hij vertelt terwijl ik de vreselijke brandwonden verzorg. Hij geeft geen kik. De pan kokend water gleed als vanzelf uit zijn handen. Ik zie veel andere en oudere littekens.
Hij kijkt naar het plafond en zegt dat hij vroeger nooit een plafond had gezien. Slapen deed hij onder de sterrenhemel van midden Afrika; zoveel sterren zie je hier nooit.
Hij heeft geen familie, had alleen kameraden; van de tijd van voor het vechten weet hij niets meer. Hij is hier naar school geweest, had pleegouders, vond een goede baan en een goede, mooie, lieve vrouw. Vorig jaar stierf zij, aan kanker. Sindsdien slaap hij weer met een denkbeeldig geweer naast zich. Het houdt hem vrij van verdriet en andere pijn.
Die wonden doen me denken aan het verhaal ‘Scenarioschrijver’ uit het mooie boek Het dodevissenmuseum van Charles D’Ambrosio. Gaat dat lezen
Heel mooi en ontroerend verwoord.
een leven in 120 woorden, knap getypeerd
Zoveel leven in 1 notedop. Bijzonder verwoord. Ik lees en huiver. En wat beweegt andere lezers bij deze notedop van nog een leven in een notedop? Dat interesseert mij dan weer.
Weinig woorden, wel veelzeggend!