De horror bij ontwaking. Met een alles doorklievende angst midden in de nacht het besef hebbende dat de verlossing der slaap ten einde is. De godgruwelijke monotone fluittoon neemt wederom het heft in handen, het hoofdkussen voelt klam aan. Eenzaamheid en totale ontreddering, starend naar de rode projectieweergave op het plafond die meedogenloos 02.30 u aangeeft. Niemand hoort wat ik hoor. Niemand hoort mijn inpandige scheepswerf. Het harde metaalachtige gesuis wat immer voortraast, mijn levenslust langzaam dooft en mijn gemoed met dodelijke precisie sloopt. Ik druk een Zopiclon uit een strip en loop naar de badkamer. Het hellichte spiegelbeeld kaatst snoeihard de werkelijkheid in mijn gezicht terwijl ik een glas met water vul. Het zij zo. Ik wil terug.
Welterusten!
inpandig