Mijn ogen half dicht, mijn wimpers plakkend, het groenfluwelen gordijn zacht wapperend voor het oude schuifraam, het ragfijne zonlicht karig binnenlatend, het carillon op de achtergrond zacht klingelend, wetend dat de dag daar is.
Het zeegat uit, zout in mijn manen, op naar horizonten vervuld van viktorie en overwinning. Nu, hier in deze kleine kamer, de serene rust van de vroege ochtend, nog niets meedragend van het aankomend geweld op zee, weet ik dat mijn hart in Vlissingen ligt.
Ik vrees dat de meeste mensen deze oude held sinds het verdwijnen van de gulden niet meer gezien hebben. En zelfs toen ze hem nog wel zagen stond men waarschijnlijk nauwelijks stil bij zijn daden
Mooi stukje, chapeau!