Niemand vroeg haar ooit ten dans
Niemand nam haar bij de hand
Niemand lachte lief naar haar
Niemand heeft naar haar verlangd
Niemand sliep naast haar in bed
Niemand die naast haar ontwaakte
Niemand die haar haren streelde
Niemand die haar tranen droogde
Niemand die haar heeft gekust
Niemand die er voor haar was
Niemand zei: ‘wat ben je mooi’
Niemand zei: ‘wat ben je lief’
Niemand zei: ‘ik hou van jou’
Niemand die het wilde zien
Niemand die haar tegenhield
Niemand die haar graf bezoekt
Niemand die haar naam nog noemt
Iemand die niet wordt gemist
Iemand die er niet toe deed
Iemand die er niet meer is
Iemand die er niet toe deed
Er helemaal niets toe deed
@Ewald. Triest stukje. Goed geschreven, maar wel heel veel ‘niemand’. Zou ik iets minder schrijven, dan leest het prettiger.
Niemand heeft naar haar verlangt… verlangd.
Verdomd, Han, natuurlijk verlangd! Dank je!
Verder laat ik het zoals het is. Zeventien keer niemand benadrukt de ontstellende eenzaamheid waarin de vrouw heeft geleefd.
@Ewald. Geen dank. De eenzaamheid is sowieso duidelijk. Maar, uiteraard, het is jouw stukje.
Mooi stukje vol eenzaamheid. Ik merkte dat ik tijdens het lezen hoopte dat er op een einde nog een sprankje hoop zou komen.
Dank je, Inge. Nee, helaas geen eind goed, al goed.
Dit gun je niemand. Het herhalen van niemand zal juist bij declameren de juiste impact hebben.
Dank je, Levja, dat denk ik inderdaad zelf ook.
Ja, soms zijn gedichten zo mooi als ze geschreven zijn en komen ze bij het declameren ineens niet uit de verf. Andersom geldt dat nog vaker.
Dit gedicht hoorde ik ook voorgelezen worden.
Klopt, Levja, daarom lees ik gedichten (van mezelf en van anderen) ook altijd hardop. Hoor je ook beter of het ‘lekker’ loopt.