‘Ik lees alleen de Viva én als het van school moet. Lezen is voor bejaarden.’ (meisje één)
Meisjes twee en drie sabbelen gelukzalig op hun rietjes, maar geven geen sjoege.
‘Ik heb nog een werkstuk over een schrijver gemaakt.’ (meisje vier) ‘Multatuli. Dat was zijn nickname. Eigenlijk heette hij Douwe Egberts of zo, maar met zo’n naam wordt natuurlijk niemand beroemd.’
Meisjes twee en drie sabbelen onverstoorbaar verder.
‘Ik vind lezen wél leuk.’ (meisje vier) ‘Ik heb Kluun gelezen. Komt een vrouw bij de dokter. En De eetclub, van Saskia Noort.’
Meisjes twee en drie kijken alsof zij water zien branden en meisje één, alsof zij poep proeft. ‘Lezen is voor bejaarden.’
Meisjes twee en drie geven verder geen sjoege.
Tja, en dan hebben we het nog niet eens over hoe dat bij de meeste jongens zit.
Tja, en dan hebben we het nog niet eens over hoe dat bij de meeste jongens zit.
Leuk beschreven.
@Hay, dank je. Vermoedelijk scheelt dat met jongens heel weinig. Waarschijnlijk dat je Viva voor Voetbal International kunt inwisselen. Persoonlijk denk ik dat meisjes nog nét iets vaker lezen.
Erg leuk stukje Ewald! Zie het zó voor me
Hartje, maar die lijken het niet te doen bij mij
@Ione, evengoed bedankt voor je vriendelijke woorden.
Ik ben de stukjes aan het lezen die buiten het weekthema vallen en kom bij jouw leesmeisjes terecht. Ik ben voor het gemak bij I begonnen. Leuk en deels herkenbaar. Mijn moeder, boekenwurm, wilde mij al snel de hoogstandjes in de literatuur bijbrengen toen ik naar school ging. Zo suggereerde ze dat ik Max Havelaar moest lezen voor mijn lijst. Op mijn vragende blik vroeg ze verontrust ‘Je kent het toch wel?’ Daarop heb ik destijds heb gezegd ‘Jahaa, natuurlijk, die hangt op de wc!’ ( … Dat was Max Tailleur) Ernstig, ja, ik weet het
Haha, Valerie. Uiteindelijk is toch nog goed gekomen, voor zover ik weet.