Omdat het grijs was buiten. Loodgrijs. De ruiten beslagen en de koffie koud. Daarbuiten eigenlijk ook. Koud, verduidelijkte ‘ie zichzelf, koud, nooit beslagen.
Hij dacht met spijt aan de maanden die hem, ook dit jaar, als gouden druppels door de vingers glipten. Zacht en warm en met slagschaduwen die alle dingen diepte gaven. Zelfs het lelijke mooi maakten. Maar hoe harder hij kneep hoe minder herinneringen in z’n handen pasten.
Het was wéér te snel gegaan. Het weer was snel gegaan. En nu was het herfst. Volgend jaar. Ja dan zou hij genieten. Warmen in de zon. Kijken naar de wolken.
Ach ‘t is zomaar volgend jaar.
Helaas herkenbaar.
Over een maand of wat zijn de bomen kaal en is ook de herfst weer schijnbaar ongemerkt in rap tempo aan ons voorbijgetrokken…
Dat vind ik dan weer niet zo erg.
oh… het is zomaar weer volgend jaar
@stefan een weemoedig stuk dat zijn waarde ieder jaar weer bewijst
Afscheid van de zomer doet ieder jaar weer pijn.