Met honger in zijn lijf zwierf hij door de donkere nacht. Het was koud. Niemand die hem zag staan, niemand die hem iets gaf. Geld om ergens onderdak te vinden had hij niet, net zomin om iets te eten te kopen. Hij was principieel tegen iedere vorm van diefstal.
Ineens rook hij licht, ergens werd gekookt en hij ging erop af.
Nadat hij aan de voordeur was weggejaagd klopte hij bij de dienstingang aan de achterkant van het restaurant. De afwasjongen reageerde en gaf hem een thermodoos met teruggegeven eten uit het restaurant. Aan de voorkant geweigerd, via de achterkant geholpen.
De afwashulp wees naar een trapgat en zei: ‘Daar is het warm en er is niemand die je ziet.’
Beste jacqueline servais_1, welkom op 120w! We vinden het leuk dat je meeschrijft op onze site! Als je vragen of opmerkingen hebt horen we het graag, bijvoorbeeld op ons schrijversforum. En vergeet niet dat je altijd in gesprek kunt gaan met je collegaschrijvers via de reactiepanelen.
Groeten en veel 120 woorden lees- en schrijfplezier gewenst!
De 120w-redactie