Hij had gedacht dat het goed zou komen. Niet enkel gedacht; hij had er vast op gerekend, zoals je erop rekent dat je huis niet instort. Nooit.
Hij was hier nu acht jaar. Sprak met Limburgs accent. Hij hoorde hÃer; zo klaar als een klontje. Was het voorbestemd dat hij in dit winderige waterland terechtgekomen was? Aandacht en warmte vond bij pleegouders? Soms kwam zijn leven hem voor als een sprookje.
Er was eens een achttienjarige jongen die voortreffelijk ingeburgerd was. In sprookjes zijn heksen en boze stiefmoeders, in zijn leven waren er zijn Angolese ouders en minister Leers.
Soms kijkt hij omhoog naar de sterren; ieder sprookje kent tenslotte een gelukzalig einde. En ze leefden nog lang en gelukkig.
Mooi geschreven Annemiek.
Ach, medemenselijkheid of solidariteit zijn tegenwoordig bijna verdachte begrippen geworden. Woorden als precedentwerking liggen nu helaas beter in de markt. Best een schrijnend geval van gebrek aan beschaving.
Helemaal mee eens, Hay!